Bronskleurige kalotjes, voor de afwerking van sieraden.
Met gesloten oogje.
Maat dichtgeknepen bolletje Ø 4 mm

In het zuiden van ons land worden kalotjes mutsjes genoemd. Je gebruikt ze bij het maken van een collier als afdekking over een platgeknepen knijpkraaltje, zodat er aan het begin en eind van het collier een mooi rond bolletje te zien is. 
Het is slim om behalve een krijpkraaltje, ook een knoopje in je rijgdraad te leggen en die samen in het kalotje te stoppen. Nog slimmer is het om altijd een KLEIN druppeltje vullende lijm in het kalotje te stoppen, voordat je hem dichtbuigt.


Aan het kalotje zit aan de zijkant een oogje. Gebruik dit oogje om er bijvoorbeeld een slotje aan te zetten.

Soms zitten er aan beide zijkanten een gesloten oogje. Als je het kalotje dichtbuigt, vormen die twee oogjes één geheel, waarmee je een perfecte en zeer sterke verbinding met de rest van je sieraad krijgt.

Kalotjes bestaan nog niet zo lang. Vroeger werd er French Wire door goudsmeden toegepast op geregen sieraden van parels of edelstenen. French Wire was toen de enige goede methode om die dure sieraden tegen breuk te beschermen.
Het werd het meest toegepast op de plek waar het eind-lusje van de rijgdraad door het slotje zit. Door ná de laatste kraal een klein stukje French Wire mee te rijgen, versterk je de rijgdraad en geef je het ontwerp een professionele en klassieke afwerking. Op de foto zie je een voorbeeld van de toepassing van French Wire.


Let op het lusje met goudkleurig French Wire tussen de witte parel en het slotje.

French Wire vind je in deze webwinkel onder het hoofdstuk Afwerkmateriaal.